Kartonnen dozen – Tom Lanoye
148 pagina’s
Gemeenschappelijk Deel (A)
Verwachtingen
Roosmarijn:
Roos had eigenlijk geen verwachtingen, behalve dat het over
een onbeantwoorde liefde ging. Deze verwachting is waargemaakt, maar het was
jammer dat het seksuele gedeelte van die liefde vrij erg de overhand had.
Eline:
Eline dacht dat het boek heel erg zou zijn omdat ze er
van anderen over gehoord had. Dit bleek uiteindelijk volgens haar wel mee te
vallen. Ook had ze verwacht dat er meer uitwerking zou zijn over de
ontwikkeling van Tom, maar dit was er niet. Dat vond ze wel jammer.
Marieke:
Marieke verwachtte een goed boek na de eerste pagina’s.
Ze wist al dat het een vrij expliciet boek was, en die verwachting is
waargemaakt. Ook verwachtte ze een mooie liefde, en dat is wat minder
waargemaakt. Tom zijn liefde voor Z vond ze op zich mooi, maar ze vond dat hij
veel beter beschreven had kunnen worden. Ze vond het uiteindelijk een mooi
boek, maar het middenstuk was een beetje jammer.
Corstiaan:
Meneer vd Boom had dit boek voorgesteld, dus Corstiaan
dacht dat het wel aardig zou zijn. Dit bleek het volgens hem absoluut niet te
zijn. Hij vond het langzaam op gang komen.
Het begin vond hij enorm saai.
Titelverklaring
De titel van dit boek is kartonnen dozen. De kartonnen
dozen staan gedeeltelijke voor echte kartonnen dozen. Deze nam Tom mee als
koffer als hij op kamp ging. Ook staan de kartonnen dozen voor herinneringen en
tijdsperiodes uit zijn leven. In het boek opent hij voor de lezer verschillende
kartonnen dozen met verschillende soorten herinneringen erin.
In de laatste paar pagina’s opent Tom de laatste kartonnen
doos. Dit is het boek zelf. Een van onze boeken had een cover waarop de
buitenkant van een kartonnen doos stond, dit vonden we allemaal het mooiste en
verrassendste deel van het boek.
de personages
Tom
Tom is de hoofdpersoon van het boek en ook degene vanuit wiens perspectief het wordt verteld. Hij zit op een Christelijke jongensschool en gaat drie keer op reis, één keer met die school en twee keer met een verzekeringsorganisatie. Omdat hij de ik-persoon is kom je veel over hem te weten, maar door de manier waarop het boek geschreven is, lees je vooral over zijn onbeantwoord liefde voor Z. Het boek focust op die liefde en je komt dus qua personage niet veel anders te weten over Tom dan de dingen die te maken hebben met die liefde, zoals dat hij best wel een beetje obsessief kan zijn en dat hij houdt van masturberen.
Tom
Tom is de hoofdpersoon van het boek en ook degene vanuit wiens perspectief het wordt verteld. Hij zit op een Christelijke jongensschool en gaat drie keer op reis, één keer met die school en twee keer met een verzekeringsorganisatie. Omdat hij de ik-persoon is kom je veel over hem te weten, maar door de manier waarop het boek geschreven is, lees je vooral over zijn onbeantwoord liefde voor Z. Het boek focust op die liefde en je komt dus qua personage niet veel anders te weten over Tom dan de dingen die te maken hebben met die liefde, zoals dat hij best wel een beetje obsessief kan zijn en dat hij houdt van masturberen.
Z.
Z. is de liefdesinteresse van de hoofdpersoon, en daarom zie je hem door een nogal roze lens. Je weet niet of het beeld dat je van Z. hebt (vriendelijk, gespierd, slim, eigenlijk perfect), een accurate presentatie is van Z.
Z. is de liefdesinteresse van de hoofdpersoon, en daarom zie je hem door een nogal roze lens. Je weet niet of het beeld dat je van Z. hebt (vriendelijk, gespierd, slim, eigenlijk perfect), een accurate presentatie is van Z.
Zus
Er wordt voor haar geen naam genoemd, je leert haar alleen kennen als de zus van Tom. Zij is voor hem een echte oudere zus, hij kijkt tegen haar op en kijkt met blijdschap terug op de tijd die ze samen doorgebracht hebben, zoals wanneer ze hem meenam naar school op haar step.
Moeder
Voor de moeder van Tom wordt ook geen naam gegeven. Wat je van haar hoort is zij een goede moeder voor Tom, wie hij mag helpen met koken en van wie hij erg houdt.
Wieske
Wieske was een vriend van de familie die wees werd en vlakbij kwam wonen. Voor Tom was ze zo goed als een zus, met wie hij altijd naar de bioscoop ging.
Pit Germaine
Germaine was de oudere zus van moeder, wie de ‘moeder’ werd van de familie toen hun ouders overleden (Tom’s grootouders). Zij is een echte roddeltante, die altijd verhalen aan het vertellen is.
Er wordt voor haar geen naam genoemd, je leert haar alleen kennen als de zus van Tom. Zij is voor hem een echte oudere zus, hij kijkt tegen haar op en kijkt met blijdschap terug op de tijd die ze samen doorgebracht hebben, zoals wanneer ze hem meenam naar school op haar step.
Moeder
Voor de moeder van Tom wordt ook geen naam gegeven. Wat je van haar hoort is zij een goede moeder voor Tom, wie hij mag helpen met koken en van wie hij erg houdt.
Wieske
Wieske was een vriend van de familie die wees werd en vlakbij kwam wonen. Voor Tom was ze zo goed als een zus, met wie hij altijd naar de bioscoop ging.
Pit Germaine
Germaine was de oudere zus van moeder, wie de ‘moeder’ werd van de familie toen hun ouders overleden (Tom’s grootouders). Zij is een echte roddeltante, die altijd verhalen aan het vertellen is.
De Mof
De Mof is een leraar van Tom op het Kot, de school waar hij heen gaat. De Mof is een strenge leraar, die er eigenlijk nogal uitziet als een NSB’er (daar komt ook de bijnaam vandaan). Hij vindt het leuk om leerlingen aan het huilen te maken.
De Jap
De Jap is een leraar die er nogal Japan’s uitziet, vandaar de bijnaam. Hij is een kettingroker, wat ook te zien is aan de staat van zijn auto. Hij is ook een strenge leraar.
Mussolini
Mussolini is een Nederlands leraar, die door Tom zeer bewondert wordt. Dit was de enige leraar die hij echt aardig vond en die heeft hem geïntroduceerd in de wereld van lezen en schrijven.
De Mof is een leraar van Tom op het Kot, de school waar hij heen gaat. De Mof is een strenge leraar, die er eigenlijk nogal uitziet als een NSB’er (daar komt ook de bijnaam vandaan). Hij vindt het leuk om leerlingen aan het huilen te maken.
De Jap
De Jap is een leraar die er nogal Japan’s uitziet, vandaar de bijnaam. Hij is een kettingroker, wat ook te zien is aan de staat van zijn auto. Hij is ook een strenge leraar.
Mussolini
Mussolini is een Nederlands leraar, die door Tom zeer bewondert wordt. Dit was de enige leraar die hij echt aardig vond en die heeft hem geïntroduceerd in de wereld van lezen en schrijven.
Setting
Het boek verteld de jeugd van Tom Lanoye. Deze jeugd
brengt hij door in een klein dorpje in België. Hij brengt veel tijd door op de
school het Kot en ook de kampen in de Ardennen en Zwitserland worden uitgebreid
beschreven. Dus het boek vind plaats op de school het Kot, in de Ardennen, in
Zwitserland en in dat kleine dorpje.
Perspectief
Het boek is verteld vanuit de ik-persoon, Tom. Het is een
biografie dus de schrijver heeft zijn eigen ervaringen op papier gezet.
Open plekken
Er zijn maar heel weinig open plekken in het boek. Dit
komt omdat het boek een autobiografie is. De schrijver heeft geprobeerd om zo
eerlijk mogelijk te zijn. De bedoeling van het boek was niet om er een spannend
verhaal van te maken, maar om juist zijn levensverhaal te vertellen.
Het enige gedeelte dat je een open plek zou kunnen
noemen, is wat Tom gedaan heeft in de tijd tussen het eind van zijn middelbare
school carrière en het heden, waar hij 32 is. Maar de schrijver heeft dat
waarschijnlijk irrelevant geacht.
Vertelde tijd
De tijd in het boek verloop chronologisch. Het boek
begint als hij 10 is en het eindigd als hij 32 is. Er zijn door het boek
flashbacks en vooruitwijzingen. Dit is logisch, omdat de schrijver zijn
levensgeschiedenis verteld. Het hele boek is daarom eigenlijk een flashback. De
vooruitwijzingen zijn ook te verklaren, want als je terugblikt op je leven, dan
denk je soms: Wat zou er gebeurt zijn als ik dat geweten had.
Verteltijd
Het boek heeft 148 pagina’s. Dus de verteltijd is 148 pagina’s. (dit varieert per boek)
Thema
Het belangrijkste thema is natuurlijk de liefde, die de
hoofdpersoon (Tom) voelt voor Z. Door het hele boek heen komt hij daar zeer
vaak op terug. Tegelijkertijd vertelt hij hoe hij de liefde door zijn leven
heen ervaren heeft en daarom is het ouder worden of opgroeien het tweede thema.
Hij begint te vertellen bij zijn jeugd met referenties naar een hele jonge
leeftijd en eindigt met hoe zijn leven nu is, waarbij hij over ongeveer 10 jaar
niet verteld heeft.
Motieven
Tom’s liefde voor Z. duidt op homoseksualiteit als
motief. Vanwege de titel valt de kartonnen doos ook onder de motieven, omdat
hij daar nog een paar keer op terug komt. Zijn ziekelijke behoefte om overal en
op welke manier dan ook te masturberen wordt vaak herhaald met referenties naar
het feit dat hij vindt dat hij een plaats veroverd als hij er gemasturbeerd
heeft. Dat brengt me op het motief van het reizen en de kampen waar ze naar toe
gaan. Hij gaat een keer naar Zwitserland, naar Griekenland en elke keer gaat
hij masturberen. Hij spreekt een aantal keer over het turnen en de spieren van
Z., waardoor hij uiteindelijk zelf ook gaat turnen en spieren wil kweken. En na het turnen of gymmen (of ervoor) ruikt
hij herhaaldelijk aan de onderbroek van Z. om zijn geuren te kunnen opvangen.
Persoonlijke conclusie deel B
Eline Punt
Eigen mening
Ik vond het boek Kartonnen een goed boek, maar er zaten
wel wat mindere kanten aan. Zo was de schrijver soms een beetje te eerlijk en
vertelde hij uitgebreid over vormen van masturberen. Dat vond ik toch iets
minder, want ik hoef niet te weten hoe iemand masturbeert. Het punt waar
Roosmarijn het over had, ben ik het ook wel mee eens. De hoofdpersoon is zo
verliefd dat hij allemaal rare dingen doet. Zoals aan een onderbroek ruiken.
Dat maakt het voor mij minder leuk om te lezen en het maakt het ook wat minder
geloofwaardig, omdat ik dat zelf nooit zou doen.
Ik vind de structuur van het boek wel heel goed. Er zit een
structuur in die heel mooi is. De schrijver verteld namelijk aan de hand van
kartonnen dozen zijn verhaal. De eerste kartonnen doos is de reiskoffer waarmee
hij op kamp gaat. Hier komt hij Z voor het eerst tegen. De tweede kartonnen
doos is een schoenendoos met herinnering aan zijn reis naar Zwitserland. De
derde kartonnen doos is een archiefdoos vol herinnering van de middelbare
school. En de vierde kartonnen doos is het boek zelf. Dat laatste vond ik
vooral heel mooi aan het boek. De schrijver zei op het einde dat hij wilde dat
zijn lezers terugdachten aan zijn/haar jeugd en die herinneringen bij die van
hem in het boek stopte. Dat vind ik echt heel mooi gedaan van de schrijver.
Een ander goed punt aan het boek vond ik dat het zeer
realistisch was. Het was natuurlijk een autobiografie, dus dat is logisch. Ik
had nog nooit een autobiografie gelezen en eigenlijk vond ik het wel
interessant.
Persoonlijke
conclusie
1)
hoe
verliep het proces van de discussie? Wat ging goed, wat kon beter?
Het proces van onze discussie verliep best goed. We
hebben alle punten besproken die in de opdracht stonden. En het ging ook best
vlotjes. Het ging goed, maar het kon beter, want we kwamen niet echt tot een
discussie. Het was meer gewoon bespreken
van dingen en niet zozeer discussie voeren.
2)
Wat
heb je geleerd van de opdracht?
Ik heb geleerd dat samenwerken best lastig is. Het is
soms lastig om mensen die het totaal niet interessant vonden, iets te laten
doen aan de opdracht en ik vind het ook altijd best lastig een goed oordeel te
vormen over een bepaalde opdracht. Deze opdracht heeft me daar wel bij
geholpen.
3)
Welk
leesniveau heeft jullie boek? Hoe goed kon je hier mee over weg?
Ons boek had het leesniveau 4. Ik vond dit boek heel
makkelijk weglezen. Dus ik kon er goed mee over weg.
4)
Op
welk leesniveau wil je insteken met je volgende boek? Welk boek/welke schrijver
ben je van plan te gaan lezen?
Ik zou nog een boek van Van der Heijden willen lezen.
Misschien wordt dat niveau 6 of niveau 4 dat weet ik nog niet. Of misschien wil
ik de ontdekking van de hemel van Harry Mulish wel lezen. Ik wil voor mijn
mondeling nog in ieder geval een boek van leesniveau 6 hebben gelezen en verder
ga ik gewoon boeken van niveau 4 lezen denk ik.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten